zaterdag 20 augustus 2011

Een nieuwe toekomst in voorbereiding

En toen was de kogel door de kerk! Hoewel ik het heel moeilijk vond om te besluiten mijn functie neer te leggen, viel er ook een last van mijn schouders toen het zover was. Het voelde als een opluchting, en tegelijkertijd ontstond er veel onzekerheid en ook wel angst over de toekomst. Wat nu? Je kunt dan wel besluiten dat je een carrière moet stoppen, dat betekent niet dat er gelijk nieuwe kansen en mogelijkheden zijn.

In eerste instantie was ik daar ook nog niet gelijk mee bezig. Van mijn directeur kreeg ik de opdracht  mijn vervanger te werven, en daarnaast werd er iemand aangesteld om het werk van me over te nemen in afwachting van de nieuwe manager. Half mei zouden we op vakantie gaan en tot die tijd concentreerde ik me op de overdracht naar mijn tijdelijke vervanger en op de wervingsprocedure. Mijn verantwoordelijkheden kon ik zo delen en ik werkte langzaam toe naar een einde.

14 mei ging ik op vakantie, mijn vervanger was aangesteld en ingewerkt. Na mijn vakantie zou ik dus niet meer terugkeren in mijn oude functie. De laatste weken voor mijn vakantie waren emotioneel heel zwaar. Ik ging op vakantie, terwijl ik wist dat het daarna niet meer als vanouds zou zijn. De confrontatie daarmee, en het bewustzijn dat het nu echt over was, deden toch nog veel pijn. Bovendien wist ik ook dat ik mijn collega’s, mijn afdeling en ook mijn leidinggevende erg zou missen. Nooit eerder heb ik me op een werkplek zo thuis gevoeld.

Vanaf nu zou mijn carrière dus een wending nemen. Maar welke? Een mogelijke optie die in gesprekken al vaker voorbij kwam was een beroep als adviseur of coach. Ik zag veel bezwaren en redenen waarom ik dat niet leuk zou vinden en waarom het niet bij me zou passen, maar tegelijkertijd is dat ook alleen maar iets dat je zelf kan bedenken. Het zijn dus vooral aannames en vooroordelen. Natuurlijk kun je anderen bevragen over hoe zij een functie ervaren, maar zij zijn mij niet. Wetende dat mijn oude functie na mijn vakantie zou zijn ingenomen door  mijn vervanger en ik zelf nog een tijdje bij mijn werkgever aan de slag zou zijn in afwachting van het traject bij het UWV, heb ik gevraagd of het mogelijk was om in de organisatie, bovenformatief, tijdelijk als adviseur op een strategisch niveau aan de slag te gaan. Een soort van stage dus. Mijn wens was om dat te doen op een afdeling die zich bezighoudt met organisatieontwikkeling. Ik wilde onderzoeken of ik daarin gelukkig zou kunnen zijn?

Op de valreep voor mijn vakantie, mijn laatste werkdag, had ik een gesprek met de manager van de afdeling kwaliteitszorg, nadat ik al eerder had gesproken de bestuurder van dat bedrijfsonderdeel van onze organisatie, over een tijdelijke functie op zijn afdeling. We kwamen overeen dat ik na mijn vakantie op de afdeling kwaliteitszorg aan de slag zou gaan als senior adviseur. Hoewel ik rationeel blij was dat ik dus toch nog iets had om voor terug te komen, kon ik van binnen ook wel janken. Hoe zou het vanaf hier verder lopen? Een periode van onzekerheid lag voor me.

Toen ik terugkwam van vakantie op 14 juni heb ik de laatste puntjes op de spreekwoordelijke “i” gezet op  mijn oude werkplek  op 15 juni ben ik aan de slag gegaan als Sr. Adviseur Kwaliteitszorg. Formeel bleef ik mijn oude functie houden met de bijbehorende arbeidsvoorwaarden, terwijl in de tussentijd het WIA traject zou worden opgestart.

De eerste weken waren heel zwaar, vooral emotioneel. De confrontatie met de gevolgen raakte me enorm, ik had moeite mijn nieuwe plekje te vinden en voelde me erg verloren. Ik liep met mijn ziel onder de arm en voelde me depressief. Na een paar weken veranderde dat gelukkig, tijd heelt toch wel de wonden. Ik kreeg een paar leuke projecten waarvoor ik verantwoordelijk werd, ik leerde nieuwe leuke collega’s kennen en had steeds meer “vrede” met mijn besluit. Tegelijkertijd was ik toch ook erg blij dat ik de kans kreeg om deze functie uit te oefenen, en zo te experimenteren met andere opties.

In het begin ervoer ik dat de nieuwe functie voor mijn energievoorraad een zegen was. Ik had eindelijk weer energie over aan het einde van een werkdag, en dat merkte ik vooral op de dagen dat ik thuis ben. In dat opzicht had ik dus gewonnen en was ik veel informatie rijker. Hoewel het pijn doet om in te leveren, merkte ik dus ook fysiek dat het daadwerkelijk wel iets oplevert. Toch merkte ik ook dat het  best lastig is om je grenzen te respecteren. Ik kreeg het druk met verschillende projecten, had in een periode van verschillende weken weer veel overleg, waardoor ik toch weer langzaam oververmoeid raakte. Een groot winstpunt was wel dat ik dus had ervaren dat het anders kon zijn. Ik hoef niet uitgeput op de bank te belanden na een werkweek, en die wetenschap maakt dat ik het ook niet meer wil accepteren. Het moet echt anders. Anders doen, en dus ook op z’n tijd “nee “ zeggen is toch nog wel heel moeilijk. Een leerpunt dus! Vooral ook omdat je als adviseur geen medewerkers meer hebt aan wie je zaken kunt delegeren. Ik hakte zelf geen knopen meer door, maar was afhankelijk van anderen, en dat werkte stressverhogend voor mij. Ook is een functie als adviseur een heel andere rol dan die van leidinggevende. Ik moest erg wennen aan het feit dat adviezen niet zonder meer worden opgevolgd, en dat je moet leren om de opdrachten te expliciteren voordat je ermee aan de slag gaat. Een ander leerpunt!

Buiten deze nieuwe ervaringen had ik al snel veel moeite met mijn nieuwe leidinggevende. We kregen  allerlei conflicten die vooral ontstonden omdat ik me niet kon verenigen met zijn stijl van leidinggeven. Ik was overigens niet de enige die daar last van had, ook mijn directe collega’s op de afdeling hadden veel problemen met hem. Langzaam hoorde ik in de organisatie veel horrorverhalen over hem, en ik ervaarde ze zelf ook. In oktober heb ik de situatie geëscaleerd toen bleek dat we gewoon niet meer konden samenwerken. Hij verlangde dingen van mij die in strijd waren met mijn eigen integriteit. Ik heb toen gevraagd om een bemiddelaar en de organisatie heeft daarin toegestemd.

Ondanks de hulp van de bemiddelaar zijn er geen verbeteringen opgetreden en na een lange periode van proberen en strijden heb ik begin januari 2011 het besluit genomen om ook die functie neer te leggen. Het was buigen of barsten, als ik zou blijven zou ik daar uiteindelijk aan onderdoor gaan. Ik had het in elk geval geprobeerd, nietwaar? De organisatie was niet bereid de problemen met die manager op te lossen, ondanks dat ik veel medestanders had die precies hetzelfde over hem vertelden. Hij is een groot narcist, en dictator ook, iemand die zelf floreert door anderen kleiner te maken. Ik wist dat ik mijn eigen ruiten ingooide met het besluit om te stoppen als adviseur kwaliteitszorg, want mijn kansen op een andere functie bij mijn werkgever werden daarmee ernstig verkleind. Toch had mijn besluit niet alleen maar te maken met mijn leidinggevende, maar ook met de vervelende interne politiek die ik in de nieuwe omgeving op het hoofdkantoor ervoer en waarmee ik niet goed kon omgaan. Zo anders ook dan de plek waar ik eerst werkte, best bizar dat één organisatie zo anders kan zijn op verschillende locaties. Het maakte mij duidelijk dat het hoofdkantoor in elk geval geen toekomstige plek kon zijn. Ik had enorm veel stress, ik sliep heel slecht en alle energie werd steeds uit me gezogen. Elke ochtend ging ik met grote tegenzin en buikpijn naar het werk, en dat was voor mij genoeg reden om er een punt achter te zetten. Ik wil gelukkig zijn in mijn werk, en dat ging zo niet lukken.

Ondanks dat ik nog steeds aan het werk was, was ik formeel nog steeds ziek omdat ik mijn oude functie niet meer kan uitoefenen. Bij ziekte is er sprake van re-integreren, en in dat kader spreekt de Wet Poortwachter van Spoor 1 en Spoor 2. Spoor 1 heeft betrekking op een re-integratietraject binnen de huidige werkgever, en mijn stageplek was daar een voorbeeld van. Mijn werkgever kon echter niet toezeggen of ik daar een vaste positie kon krijgen. Bovendien was er een grote reorganisatie gaande en er was niet duidelijk of er op termijn elders een functie met vrije formatie (een vacature) beschikbaar zou komen die bij mij zou passen. Hoewel werd uitgesproken dat ze mij graag wilden behouden voor de organisatie, waren ze niet bereid om een functie te creëren voor mij. Overigens zou dat ook niet mijn wens zijn, ik wil niet in een status aparte belanden.

Spoor 1 gaf dus geen duidelijkheid en zekerheid. Toch was ik in augustus 2010 al 20 maanden ziek, die situatie kon dus niet blijven voortduren. Samen met mijn werkgever heb ik daarom afgesproken om naast Spoor 1 ook Spoor 2 op te starten. Spoor 2 is een traject van re-integratie buiten de huidige werkgever. Een soort outplacement dus, of beter gezegd: replacement.  Dat betekent niet dat Spoor 1 definitief is beëindigd, zolang ik met replacement bezig ben, blijft de deur bij mijn huidig werkgever op een kiertje voor het geval er mogelijkheden ontstaan in de toekomst. Onzekerheid en de eisen vanuit de Wet Poortwachter maken het noodzakelijk beide trajecten parallel te laten lopen.

Vanuit de afdeling P&O werden er offertes aangevraagd bij verschillende re-integratiebedrijven, maar in die offertes kon ik mij geheel niet vinden. De aangeboden trajecten passen niet bij mij. Door alle bedrijven werd een aanpak beschreven die maakte dat ik me net een klein kind voelde: je wordt aan het handje genomen door een adviseur die voor jou naar functies zoek en je zelfs introduceert bij toekomstige werkgevers. Dat past misschien bij iemand die niet gewend is om zelf initiatief te nemen, maar ik heb dat absoluut niet nodig. Ik heb wel hulp nodig bij het ontdekken van wat een nieuwe goede richting kan zijn en hoe ik dat kan realiseren. Ik heb daarom voorgesteld om zelf een re-integratiebedrijf uit te zoeken, en daarvoor kreeg ik toestemming.

In augustus en begin september heb ik daarvoor met enkele bedrijven gesproken die ik had gezocht via internet. Ik ben op zoek gegaan naar bedrijven die veel ervaring hebben met hoog opgeleide mensen en een aanpak volgen die bij mij past. Verder heb ik gelet op een goede klik met de adviseurs in de bedrijven. Ik kwam toen uit bij Van Ede & Partners, een bedrijf dat een totaaltraject biedt van een gedegen zelfanalyse tot een goede bestemming, met bestemmingsgarantie zoals ze dat zelf noemen. Al gelijk vanaf het begin had ik een heel goed gevoel bij deze club en bij deze aanpak. Het nadeel was echter dat het wel een heel stuk duurder is dan een gemiddeld re-integratiebureau, maar daar staat wel tegenover dat je een garantie hebt uiteindelijk op een goede plek terecht te komen. Door allerlei interne aangelegenheden heeft de offerte van Van Ede een tijdje in een bureaulade gelegen, maar na een gesprek in november werd alsnog beslist dat ik met het traject mocht starten. Eindelijk! We waren inmiddels alweer 8 maanden verder na het besluit om mijn functie neer te leggen, de klok tikt gewoon door natuurlijk.


Buiten de stage bij kwaliteitszorg en het starten met de replacement bij Van Ede, liep ook mijn ziekteperiode gewoon door. Een werkgever heeft in Nederland de plicht om bij ziekte 2 jaar loon door te betalen en te zoeken naar een oplossing, daarna komt het UWV om de hoek kijken. De periode van 2 jaar ziekte verstreek in december 2010, en in de aanloop naar dat tijdstip werd in september mijn WIA uitkering aangevraagd bij het UWV. Dat is de formele melding van mijn dossier bij het UWV, waarna het UWV gaat beoordelen of ik recht heb op een WIA uitkering. De WIA is in 2006 in de plaats gekomen van de WAO. Verrassend genoeg oordeelde het UWV echter dat mijn werkgever niet voldoende inspanningen heeft verricht op spoor 2 (het traject is te laat gestart) en zij heeft mijn werkgever een loonsanctie opgelegd van een jaar. Ik heb van het UWV vernomen dat ik in die periode van een loonsanctie geen ontslag mag nemen en ook geen andere baan mag accepteren, noch mag mijn werkgever mij ontslaan of een andere (formele) baan aanbieden. We zitten dus in een soort vacuüm waarin we tot elkaar zijn veroordeeld.

Met mijn werkgever heb ik de afspraak dat de het replacement traject geldt als werktijd. Omdat het geen volledige werkweek bedraagt, ben ik nog wel aan de slag in een nieuwe tijdelijke positie als Adviseur Markt, Vastgoed en Innovatie. Concreet houd ik me bezig met een belangrijk project in het kader van de nieuwe Europese regelgeving voor woningcorporaties en de daaruit voortvloeiende veranderingen. Ach, het houdt me van de straat. Inhoudelijk is het interessant, maar niet bijster uitdagend. De meeste tijd gaat toch zitten in het replacement traject waarmee ik nu zo'n 8 maanden bezig ben. In een volgende blog zal ik vertellen over de status van dat traject, en de dingen die ik de afgelopen maanden heb onderzocht en gedaan.

1 opmerking:

Petra zei

Wat een ingewikkelde zaak is het he? Je gaat zo wel van het 1 naar het ander in je zoektocht naar een passende en leuke betrekking. Jammer om te lezen van de "hobbels" die je erbij ervaart. Hoop echt dat je straks, vooral ook voor al je inspanningen, een super leuk baan vindt met gezellige collega's om je heen.