maandag 24 oktober 2011

Spannende periode

Pfffffffffff, wat een weken zeg! De WIA procedure bij het UWV is inmiddels alweer bijna afgerond, een mens krijgt grijze haren van minder. Maar ook de uitslag van het bloedonderzoek van Peter was er ook eindelijk na een forse vertraging. Wat een spanningen allemaal, ik ben er helemaal hyper van...

Eerst even over het bloedonderzoek van Peter. Na een week de huisarts te hebben gestalkt met dagelijkse telefoontjes kregen we vorige week maandag eindelijk de langverwachte uitslag: negatief. Het afwijkende gen is niet gevonden bij Peter. Neeeeeeeeeee, echt ongelooflijk. We hadden allebei verwacht dat het positief zou zijn, de symptomen zijn zo herkenbaar. We kunnen het dan ook bijna niet geloven. Niet dat we zo graag willen dat Peter de ziekte van Bechterew heeft, allesbehalve, het leek ons alleen zo overduidelijk omdat de beschrijving één op één slaat op Peter’s klachten. En met een "etiketje" kun je tenminste verder gaan voor een behandeling. Het gaat de laatste tijd helemaal niet goed met hem, het wordt van kwaad tot erger. Hij loopt steeds krommer en kan zijn nek nauwelijks nog bewegen. Autorijden is lastiger, omdat hij niet goed kan kijken over zijn schouder, zelfs een vliegtuig kan hij niet volgen in de lucht, omdat hij zijn nek niet zover kan buigen. Niet normaal! En niet te vergeten de pijn, die is vreselijk. Slapen is ook een opgave, hij ligt ’s nachts uren wakker door de pijn, wat zijn rust niet ten goede komt natuurlijk.

Onze eigen huisarts was vorige week op vakantie en de vervangende huisarts wilde me na de uitslag aan de telefoon afschepen. Wel begrijpelijk, maar dan heeft ze de verkeerde aan de lijn. Ik vroeg om een verwijsbrief voor de reumatoloog om verder te onderzoeken, maar daarvoor wilde ze Peter eerst zelf zien. Of we moesten wachten tot onze eigen arts weer terug was. Na een pittige discussie stelde ze voor om alvast röntgenfoto's te laten maken van de wervelkolom. Dat zou een specialist toch ook doen, en dan hadden we daarvan alvast een uitslag als onze eigen huisarts weer terug is om een vervolg te bespreken. En dat leek ons een goed plan. Ik heb gelijk een afspraak gemaakt in het AMC voor vorige week woensdag. Er zijn heel wat foto’s gemaakt, we zijn erg benieuwd wat daar verder uitkomt. Opnieuw afwachten dus weer....

En dan de WIA procedure, die is alweer bijna achter de rug. Het UWV heeft er geen gras over laten groeien zeg! Op maandag 3 oktober werd ik gebeld voor een afspraak bij de verzekeringsarts van het UWV, dat gesprek heeft plaatsgevonden op 10 oktober. In dat gesprek worden vooral de medische zaken en beperkingen besproken, zodat de arts tot een oordeel kan komen over mijn mogelijkheden. Die mogelijkheden worden vervolgens door de arbeidsdeskundige bekeken om -theoretisch- te bepalen welke functies nog mogelijk zouden kunnen zijn. Het oordeel van de arts was zoals verwacht: communicatief beperkt, geen overleg in groepen en geen klantcontacten. Daarnaast kreeg ik ook een urenbeperking toegezegd, een hersteldag vanwege de energie die het kost om überhaupt te kunnen functioneren met zo'n groot gehoorverlies. Dat laatste is wel heel fijn, omdat ik daarmee mijn energie iets beter kan verdelen over de week en het ontslaat me van een sollicitatieplicht voor de volledige 40 uur.

Een paar dagen na het gesprek met de verzekeringsarts werd ik gebeld voor het vervolg: een gesprek met de arbeidsdeskundige. Dat gesprek heeft vorige week maandag plaatsgevonden, een week na het vorige gesprek dus. Ze kunnen blijkbaar ook daadkrachtig zijn bij het UWV.

Ik was in tijden niet zo zenuwachtig geweest, met knikkende knieën toog ik naar Almere. Nergens voor nodig, want ze bijten heus niet en er is ook weinig te beïnvloeden in zo’n gesprek. Maar dat kon ik rationeel dan wel beredeneren, mijn gevoel was niet rustig te krijgen. De adrenaline gierde door mijn keel. De arbeidsdeskundige stelde me een aantal vragen over mijn huidige –tijdelijke- werk bij mijn werkgever, dat niet zoveel voorstelt, en ze liep samen met mij door mijn gegevens. In het systeem van het UWV stond dat ik een afgeronde universitaire opleiding heb, maar dat klopt niet. Ik heb weliswaar een tijdje bedrijfskunde gestudeerd aan de universiteit in Rotterdam, maar die opleiding heb ik niet afgemaakt. Feitelijk heb ik niet eens een afgeronde HBO opleiding, omdat ik mijn SPD opleiding niet heb afgemaakt. Ik ben na 5 vakken (van de 7) namelijk overgestapt op een Post-HBO opleiding bedrijfskunde na een pittige toelatingstoets, en daarvan heb ik wel een diploma (cum laude zelfs!). Maar goed, het systeem van het UWV slikt blijkbaar alleen HBO of WO, en niets daartussenin. Ik heb geen idee wat ze nu eigenlijk aangekruist heeft.

Het ontbreken van een universitair diploma betekende dat één van de door het UWV geselecteerde functies afviel, de rest van de lijst bleef overeind. Omdat communicatie in groepen niet meer mogelijk is, en ook klantcontacten door de arts worden afgeraden, blijven er niet zoveel leuke passende functies over. Wat volgens het UWV nog mogelijk is voor mij is een functie als koekjes-inpakster of administratief medewerkster bij een overheidsinstantie. Geen functies waar ik vrolijk van word, dat mag duidelijk zijn. Ik kijk er niet op neer, helemaal niet, maar het niveau is wel vele malen lager dan mijn capaciteiten. Het is ook niet zo dat ik die functies moet gaan uitoefenen, maar voor de berekening van het WIA percentage is het van belang om functies te selecteren die nog passend kunnen zijn. Daar hangt namelijk een salaris aan, en daarmee kunnen ze de berekening maken hoeveel inkomen ik nog kan verdienen in de uren die ik nog kan werken.

De arts heeft aangegeven dat ik maximaal 30 uur mag werken, en met 30 uur administratief werk of koekjes inpakken kan ik natuurlijk niet zoveel verdienen als ik deed met 36 uur werk op een hoog management niveau. De uitwerking daarvan is dat ik voor ongeveer 75% afgekeurd zal worden. Hoewel, dat mag je tegenwoordig niet meer zo noemen, maar ik weet geen goede andere term. Door in Nederland premies af te dragen voor de volksverzekeringen (oftewel ons sociale stelsel) ben je in feite verzekerd voor het inkomen dat je verdient, al is dat gekoppeld aan een maximum. Boven dat maximum dien je jezelf bij te verzekeren, vaak kan dat via je werkgever. De WIA staat voor de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen en hij bestaat uit 2 regelingen: de regeling Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Met mijn situatie val ik onder de laatste. Dat betekent dat het UWV er vanuit gaat dat je zelf nog kunt verdienen, in mijn geval dus nog 25% van mijn oude salaris. Ik word ook geacht dat te doen, en alleen het restant wordt aangevuld tot een maximum dagloon. Boven dat maximum ben ik aangeleverd op mijn eigen WIA-verzekering die het gat gedeeltelijk zal dichten tussen het maximum dagloon waarmee het UWV rekent en mijn oude salaris. Als ik niet in staat ben om dat inkomen van 25% nog zelf te verdienen, dan word ik flink gekort op mijn uitkering. Niet dat ik nu voor altijd op die uitkering kan rekenen, dat is ook nog gemaximeerd tot 37 maanden. Na die periode gaat je inkomen weer fors omlaag. Maar goed, het geeft me zo’n 3 jaar de tijd om zelf weer iets op te bouwen in een beroep waarmee ik een inkomen kan verdienen waarmee we ons kunnen redden, en hopelijk heb ik de uitkering dan helemaal niet meer nodig.

Ik moet eerlijk zeggen dat het gesprek best meeviel. De arbeidsdeskundige toonde veel empathie. Ik voelde me netjes behandeld, dat moet gezegd worden. Dat neemt niet weg dat ik toch wel geschrokken ben van de impact. Het voelde als een behoorlijke confrontatie. Natuurlijk heb ik deze keuring zien aankomen, en natuurlijk ben ik er mentaal op voorbereiden, maar evengoed voelde het als een klap in mijn gezicht. Ik had het hoge percentage niet verwacht, evenmin had ik die lijst met functies verwacht. Ik weet, het is een papieren tijger, maar het slaat toch weer een deuk in mijn zelfvertrouwen. Doordat de focus zo gelegd wordt op wat ik allemaal niet meer kan, krijg ik het gevoel dat mijn kwaliteiten en capaciteiten opeens niets meer waard zijn. Pijnlijk en verdrietig. Ik voelde de energie uit me wegstromen. En hoewel ik mezelf stevig heb toegesproken, kon ik niet voorkomen dat ik even wegzakte in een kleine depressie vorige week.

Dat het zo heftig zou zijn, zo emotioneel, had ik eigenlijk niet verwacht. Maar volgens mijn loopbaanconsulent en Peter is het heel begrijpelijk. Het vraagt even tijd om zaken een plekje te geven. En gelukkig duurt dat bij mij geen weken, maar kan ik mezelf  al snel weer bij elkaar rapen. Gelukkig maar! Goed beschouwd is de uitslag niet eens zo slecht. Ik had er heel wat slechter af kunnen komen. Als het percentage lager dan 35% zou zijn uitgevallen bijvoorbeeld, zou ik alleen maar kunnen terugvallen op een WW uitkering voor een korte periode, en die is veel lager dan de WIA uitkering. Bovendien zou ik dan ook geen aanspraak kunnen maken op mijn verzekering. Ook de hoogte van de uitkering wordt positief beïnvloed door het hoge percentage. Maar dat heeft ook een keerzijde. Als ik in staat ben om een hoger inkomen te verdienen dan de uitgerekende 25%, moet ik daarvan 75% afstaan aan het UWV. Daarvan zie ik dus maar weinig terug in mijn eigen portemonnee. Ach, we zullen wel zien hoe het gaat lopen.

Voorlopig heb ik nog geen ander werk gevonden namelijk. Ik raak mijn baan kwijt, als de WIA geëffectueerd is, hoeft mijn werkgever mij ook geen salaris meer te betalen. Ik raak dan ook mijn voorzieningen kwijt, zoals de telefoon, mijn onkostenvergoedingen en natuurlijk mijn auto. Dat betekent dat ik vanaf ongeveer december officieel werkloos zal zijn. En de economische tijden zitten niet bepaald mee. Het valt voor niemand mee een baan te vinden momenteel, laat staat voor iemand als ik, die ook nog een hele rij beperkingen meeneemt. Als ik die vooruitzichten bekijk, zakt me af en toe de moed in de schoenen. Maar aan de andere kant zijn er ook kansen. Wie kan nu een carrièreswitch maken zonder daarvoor te investeren? Niemand toch? Ik heb goede begeleiding van Van Ede, en ik mag ook nog rekenen op financiële ondersteuning. Ik weet zeker dat ik op de langere termijn ook weer op mijn pootjes terecht zal komen, van mijn zelfvertrouwen is nog genoeg over om dat te kunnen zeggen.

Nu is het afwachten op de rapportage van het UWV, daarna kunnen we andere zaken formeel gaan regelen. Zoals de aanvraag van een aanvullende uitkering bij de verzekering, maar ook het formele einde van mijn dienstverband. Kortom, de spannende periode is nog niet voorbij. Ik zal blij zijn als ik precies weet waar ik aan toe ben, ik een goede regeling heb kunnen treffen met mijn werkgever en ik de dure decembermaand financieel kan overleven dit jaar. Daarna komt het allemaal weer goed!

dinsdag 4 oktober 2011

Bechterew versus Spit

Zou het kunnen, dat ik gewoon even met de neus op de feiten gedrukt wordt door het universum? Niet dat ik me gestraft voel, allesbehalve dat, maar relativeren is wel aan de orde. "Hoezo?" hoor ik jullie denken.

Peter kampt al jaren met pijn, veel pijn, die leek te zijn ontstaan na zijn hartinfarct in 2006. Langzaam verergert de situatie door de jaren heen, en door veel doctoren en specialisten wordt een verband gelegd tussen de medicijnen die hij moet slikken om een nieuwe infarct te voorkomen en de bijwerkingen die door sommige medicijnen kunnen worden veroorzaakt. Zo is bij veel mensen wel bekend dat de statine in cholesterolverlagers spierpijn kan veroorzaken. Stoppen met de medicijnen is voor Peter geen optie, maar wel is er gezocht naar de beste combinatie. Behalve dat, werd echter door veel doctoren een link gelegd met de spanningen die het trauma zou hebben veroorzaakt, waarmee ze eigenlijk zeggen dat zijn klachten deels "tussen zijn oren zouden zitten".

Dat is niet tegen dovemansoren gezegd, Peter heeft dat zeer serieus genomen en heeft de jaren na zijn infarct hard gewerkt om daar iets aan te doen. Onderzoek wees uit dat hij last had van een depressie, die zeker door een trauma kan worden getriggerd. Hij heeft daar hulp voor gezocht en de behandeling heeft een heel goed resultaat gehad. Psychotherapie in combinatie met medicijnen, die inmiddels al lang weer zijn afgebouwd, en ontspanningstherapie heeft hij gedaan met als resultaat dat hij inmiddels weer helemaal de oude is. Mentaal dan! Hij is weer vrolijk, van een depressie is niets meer te merken, en hij kan weer van het leven genieten. Natuurlijk heeft dat trauma wel heel veel impact gehad, en hij is er ook wel door veranderd, ik ook trouwens, maar terugkijkend kunnen we zeggen dat het een positieve impact is geweest. Niet dat we het nog eens willen meemaken, laten we daar geen misverstanden over verstaan, maar de intensiteit van zijn leven is wel heel positief veranderd.

Ondanks alles blijft de pijn echter aanwezig. Op sommige dagen beperkt die zijn hele functioneren, op andere dagen iets minder, maar altijd moet hij er rekening mee houden. Slapen is moeilijk, omdat hij  wakker wordt van de pijn, en fysieke arbeid is al helemaal een opgave. Het is best frustrerend als je veel dingen niet meer kunt omdat je lichaam dat belet. Helaas is Peter ook erg gevoelig voor medicijnen, hij reageert er heftig op en heeft snel last van bijwerkingen, dus voor pijn durft hij niet veel te nemen. Ibuprofen mag überhaupt niet van zijn cardioloog, paracetamol is de enige optie. En dat helpt maar heel beperkt.

Bij controles in het ziekenhuis, zowel bij de cardioloog, de internist als ook bij de huisarts heeft Peter al vaak zijn klachten besproken, maar nooit is daar iets wezenlijks uitgekomen. We weten dat in zijn bloedwaardes zijn leverfunctie niet optimaal is, maar de oorzaak daarachter is nooit achterhaald. Hij heeft er min of meer mee leren leven, en heeft geaccepteerd dat het is zoals het is. En ik moet eerlijk zeggen: dat doet hij een heel stuk beter dan ik. Chapeau!

Ook moet ik eerlijk zeggen dat ik hem niet altijd zo serieus genomen heb. Vooral in het begin heb ik ook regelmatig gedacht dat hij een psychisch probleem had, en zich misschien ook wel enigszins aanstelde. Hij was zichzelf niet, gedroeg zich heel anders en was ook erg teruggetrokken. En als de artsen al niet weten wat het is en de klachten verwijzen naar "spanningen", dan ben je al snel geneigd daarin mee te gaan. Maar gaandeweg zag ik Peter mentaal enorm opknappen, terwijl hij fysiek niet verbeterde. Wat was er nu aan de hand? We hadden geen antwoord. Tot nu dan.

Al zo'n 3 jaar heeft Peter heel regelmatig last van ooginfecties. Heel vervelend, maar ook hier werd nooit een echte oorzaak gevonden. Het leek een allergie te zijn, maar wat dan? Dit jaar had hij na onze vakantie opnieuw last van zijn ogen, en de druppels die hij daarvoor normaal gebruikt wilden maar niet helpen. Terug naar de huisarts dus! Die schrok echter enorm van wat hij zag en maakte gelijk een spoedafspraak bij de oogarts in het ziekenhuis. Even leek het erop dat Peter last had van een netvliesloslating, maar dat bleek later gelukkig niet het geval te zijn. Wel had hij in beide ogen een irisinfectie, ook een ernstige aandoening, maar gelukkig goed behandelbaar. Een irisinfectie wordt niet veroorzaak door een virus of een bacterie hebben we ons laten vertellen, maar is een feite een reactie van het eigen lichaam op iets anders. Dat lichaam ziet een gevaar in de ogen en gaat een afweerreactie starten tegen de ogen om het gevaar af te stoten. Dat ontstaat niet vanzelf, en er moet een relatie zijn met andere problemen in het lichaam.

Toen de infectie was behandeld, werd Peter door de oogarts met een begeleidende brief opnieuw langs de huisarts gestuurd, met de opdracht verder te onderzoeken waar dat vandaan kwam. En dat was het moment dat bij de huisarts een lampje ging branden:  de ziekte van Bechterew. De regelmatige ooginfecties, de stijfheid in bekken en rug, de pijn op de borst, de pijn in de nek, het zijn allemaal symptomen die daarbij horen. We wachten nu op de uitslag van het bloedonderzoek dat moet aantonen of er een bepaald gen bij Peter aanwezig is. Dat gen duidt op de ziekte, en 95% van de Bechterws-patiënten heeft dat gen. Als de uitslag positief is, wordt hij doorverwezen naar een reumatoloog voor verdere behandeling.

Thuisgekomen van de huisarts zijn we zelf op onderzoek uitgegaan en hebben we ons verdiept in deze ziekte. Een wereld van herkenning! Zo'n beetje alle problemen die worden genoemd zijn aanwezig, Peter lijkt wel het schoolvoorbeeld te zijn. Normaal wordt deze ziekte ontdekt tussen het 15e en 35e levensjaar. Peter is inmiddels al 44, en daarmee zou de diagnose dus ook rijkelijk laat zijn gesteld. Als we de beschrijving afgaan, zijn de klachten bij Peter ook al begonnen zo'n 14 jaar geleden. We weten allebei nog goed wanneer hij voor het eerst regelmatig last kreeg van zijn bekken. Maar goed, formeel is er nog niets vastgesteld, maar we vreten een bezem als het dit niet blijkt te zijn. Als dit allemaal klopt, heeft het dus niets te maken met zijn hartinfarct. Hoe kan het dat niemand ooit eerder deze samenhang heeft gezien?

Peter is vooral blij dat we eindelijk lijken te weten wat er aan de hand is, en hij is blij dat hij daarmee van het stigma afkomt dat hij psychisch niet in orde is. Hij is niet gek dus! Hoewel de ziekte niet te genezen is, zijn er wel verlichtende behandelingen mogelijk die we nu eindelijk kunnen starten. Ik maak me vooral zorgen: als je afgaat op de informatie loopt hij dus al veel te lang rond met deze ziekte zonder ervoor te zijn behandeld. Dat betekent ook dat het al een behoorlijk stadium is gevorderd. Peter heeft al last van zijn nek, en dat zou betekenen dat de stijfheid al ver is gevorderd. Zijn hele wervelkolom is dan al aangetast, en dat lijkt onomkeerbaar te zijn. Waarom hebben ze hem nooit serieus genomen? En eigenlijk ben ik ook erg boos op mezelf: waarom heb ik er niet meer werk van gemaakt? Heb ik het wel serieus genomen?

Het toeval wil ook nog dat ik sinds gisteren geveld ben door een aanval van spit. Nooit eerder heb ik dat gehad, ik schrok me dan ook een hoedje toen mijn rug ineens op slot schoot gisteren. Ik gilde het uit van de pijn, en kon me nauwelijks bewegen. Nerd als ik ben, wil ik gelijk weten wat spit is en waar het vandaan komt, en natuurlijk wat ik er het best aan kan doen. Natuurlijk ben ik ook naar de huisarts geweest. Die heeft me huiswaarts gestuurd met pijnstillers en de opdracht te proberen om toch zoveel mogelijk te bewegen, zodat het niet verergert. Op internet ontdekte ik dat spit en de ziekte van Bechterew op dezelfde plek beginnen: het SI gewricht. En het veroorzaakt een stijfrond van de wervelkolom. Het verschil is echter ook heel groot: Spit is tijdelijk, Bechterew niet. En daarmee werd ik eigenlijk met de neus op de harde feiten gedrukt. Wat ik nu ervaar, daar kampt Peter dus al jaren mee. En daar werd ik even stil van. En boos ook. Boos op de medische wereld die hem niet heeft kunnen helpen. Het relativeert enorm in elk geval. Ik voelde me op slag niet meer zielig, en de pijn werd een stuk minder erdoor.

Wat een opgave voor Peter. Ik hoop dat we snel uitsluitsel hebben en dat er nog een behandeling mogelijk is voor hem. Met mij gaat het alweer een stuk beter. De pijn is minder, ik blijf bewegen en als ik aan Peter denk voel ik het nauwelijks nog.

zondag 2 oktober 2011

Cultuur: impact van de omgeving

Voor mijn loopbaantraject ben ik druk bezig met het voeren van gesprekken, om allerlei informatie op te halen en mijn plannen en ideeën te delen met anderen. Dat levert namelijk bruikbare feedback op, en niet te vergeten goede tips en adviezen. En precies daarom is het ook te doen! Dat helpt je namelijk in de verdere aanscherping van het aanbod op de arbeidsmarkt. Zo was ik de afgelopen week bij Miele voor een gesprek met een topmanager, hij was mijn leidinggevende in één van mijn vorige functies.

Hoewel ik zeker van het merk Miele gehoord heb, en ook weet dat het hier gaat om producten in het topsegment van de markt, heb ik zelf geen enkel product van hen in huis. Simpelweg omdat ik het te duur vind en de prijs niet vind opwegen tegen de kwaliteit. Maar ik moet bekennen dat ik mezelf ook nog nooit verdiept heb in het merk en de service die ze bieden, en de manier waarop dat wordt gepresenteerd. Maar daar kwam deze week dus verandering in door mijn ontmoeting.

Ik was onder de indruk bij aankomst bij het kantoor. Niet zozeer door de architectuur, maar door de manier waarop die is gepositioneerd in de omgeving. Fascinerend! De tuin om het pand heen is erg indrukwekkend en schitterend aangelegd, duidelijk onder architectuur. Grote waterpartijen en prachtige planten, ook de bestrating is luxe. Je kunt merken dat Miele zijn bezoekers (of is het haar bezoekers?) wil inspireren, en dat werkt in elk geval bij mij. Je wordt als een vorst onthaald, zo voelt het.

Als je het pand binnenkomt wordt je ontvangen door een team van gastvrouwen. Allen onberispelijk gekleed in prachtige bedrijfskleding, ze zagen er uit als door een ringetje te halen. Het leek wel alsof ik een luxe modewinkel binnentrad in combinatie met een dure parfumerie. Ik werd begeleid naar een zitruimte, waar op een verhoging prachtige zitjes stonden, van waar je een geweldig uitzicht had op de begane grond. Links van de zitjes bevond zich een bar met een enorme wand espresso machines erachter. Tegenover de zitjes bevond zich een soort café-restaurant achter een acquarium, en achter de zitjes een grote doorzichtige sfeerhaard met uitzicht op de tuin. Rechts van de zitjes keek je uit op het Inspirience Center met de ontvangstbalie. In prachtige opstellingen worden daar alle apparaten van Miele geshowd. Tegen de wand was de Nederlandse vlag in rood-wit-blauw gemaakt van stofzuigers. Bizar maar mooi! Ik had nauwelijks plaatsgenomen of ik werd al bediend door een andere gastvrouw die mijn bestelling voor een drankje op kwam nemen.

Mijn afspraak liet een half uur op zich wachten en daardoor heb ik de omgeving op me kunnen laten inwerken. Ik was in eerste instantie zwaar onder de indruk, en ik vond het leuk om de omgeving te observeren. Niet alleen de omgeving, maar ook de mensen die erin vertoeven. Ik merkte dat het zelfs bij mij een gevoel van trots opriep, en ik was nog maar een bezoeker. Ik wordt wel geïnspireerd door esthetische schoonheid. Ik wist dat eerder al van mezelf, maar op dat moment voelde ik het extra duidelijk.Wat me opviel was de sereniteit, de schoonheid van alles, maar ook de steriliteit. Alles glansde, nergens een vleugje stof of vingervlekken. De medewerkers die er passeerden pasten naadloos in de sfeer. Iedereen zag er onberispelijk uit. Alle dames liepen op hoge hakken, de heren hadden zonder uitzondering een stropdas om, en de meestal waren in pak. En werkelijk alles was in design. Ik zag een medewerker passeren met prachtige karren waarin was leek te zitten, en ik zag iemand passeren met kantoorbenodigdheden op een soort van palletwagen-de-luxe. Werkelijk alles was in stijl! De deelwanden tussen de verschillende ruimtes waren van hoogglans materiaal en bleken allemaal naadloze kasten te bevatten, aan de buitenkant nauwelijks zichtbaar.

Mijn afspraak nodigde me uit plaats te nemen in het café-restaurant, waar we uiteraard weer uiterst correct werden bediend door een gastvrouw. Alles werd onberispelijk gepresenteerd ook, in prachtig servies en met oog voor details. Koffie en thee werden geserveerd op een design-plankje. Nadeel van het café-restaurant gedeelte voor mij was wel het gebrek aan stilte, wat de communicatie iets moeilijker maakt. Toch hadden we een heel geanimeerd en prettig gesprek. Behalve mijn loopbaantraject en de vragen waarvoor ik hem had benaderd, bespraken we ook Miele als organisatie. Natuurlijk kon ik mijn observatie niet voor me houden, en ik kreeg van mijn ex-collega een kijkje in de keuken. Eerst door zijn verhalen, later kreeg ik nog een korte rondleiding.

Hij vertelde over de doelstelling van Miele en de achtergrond van het bedrijf: kwaliteit staat boven alles! Prijs speelt geen hoofdrol, ook niet in de aankleding. En dat is te zien, dat mag duidelijk zijn. Hij vertelde ook dat deze inrichting en styling ook gedrag en houding afdwingt bij de medewerkers, en het roept een gevoel van trots op. De medewerkers zijn trots op het bedrijf, hetgeen ook is gebleken uit een tevredenheidsonderzoek. Tijdens presentaties worden de medewerkers ook met U aangesproken, iets dat ook wel past bij de omgeving. Behalve uitstraling staat ook de klant in een hoog vaandel bij Miele, zo begreep ik. In het callcenter worden andere regels gevolgd om de klant van dienst te zijn. Zo krijgt een klant gelijk iemand aan de lijn, zonder zich een weg te hoeven banen door een menu van keuzes. Verder mag een klant altijd eerst zijn verhaal doen voordat een medewerker vraagt naar naam en serienummers, hoe lang het ook duurt. Productiviteit wordt niet gemeten aan de duur van een telefoongesprek. Bij een servicebezoek zal een medewerker na het afronden van de service altijd nog vragen of hij nog iets kan doen voor de klant. Moet er nog iets worden uitgelegd over een apparaat? Of zijn er nog andere vragen? Of is er nog een apparaat dat misschien niet helemaal goed werkt? Hij beent niet gelijk de deur uit naar de volgende afspraak.

Potentiële klanten zijn erg welkom in het Inspirience Center om de apparaten te bekijken en te proberen. Ze krijgen advies en worden geholpen door kundige adviseurs die zelf niets verkopen, maar de adviezen weer terugkoppelen aan de dealers. Klanten kunnen na een adviesafspraak of een onaangekondigd bezoek bovendien nog blijven om een hapje te eten in het café-restaurant op kosten van het bedrijf. Best bijzonder, toch?

Behalve de ruimtes die ik zojuist beschreven werd ik door mijn afspraak ook nog rondgeleid door twee andere paradepaartjes: het stoomtheater en het culinaire instituut. In het stoomtheater kunnen mensen zich inschrijven voor een demonstratie van de Miele keukenapparatuur. Hier worden apparaten getoond, recepten klaargemaakt in een high-tech omgeving. Het ziet er nog veel gelikter uit als de mooiste studio op tv, de keuken van Jamie Oliver en Gordon Ramsey zijn er niets bij! In een heuse theateropstelling staan echte lederen zitkuipjes achter gestroomlijnde hoogglanzende designtafels. De zitjes lopen over een geleiderail naar achteren en naar voren. Het is gewoon niet mogelijk om hier chaos te maken! Als er wordt gekookt in het theater en de oven gaat open, gaat er automatisch een camera draaien met bijpassende verlichting en wordt de inhoud van de oven op een groot scherm getoond. Wauw! Kosten nog moeite zijn hier gespaard.

Het culinaire instituut bestaat uit een aantal super-de-luxe keukenopstellingen waar groepen kunnen werken. Mensen kunnen zich op internet tegen betaling inschrijven voor workshops, maar ook bedrijven en groepen kunnen hier terecht voor personeelsavonden. Miele verhuurt zelfs vergaderruimtes in het gebouw om het nuttige met het aangename te verenigen. Als je apparatuur koopt van Miele, zoals een stoomoven, krijg je een tegoedbon waarmee je een workshop kunt volgen en zo kunt leren het apparaat goed te gebruiken. Miele heeft 6 koks in vaste dienst, en werkt bovendien samen met een aantal grote topkoks in den lande die de ruimtes ook gebruiken voor speciale workshops. Naast de grote keukenruimte, is er een prachtig ingerichte restaurantruimte met grote ronde tafels die gedekt zijn alsof je je in een restaurant bevindt met 3 michelinsterren. Je kijkt vanaf de tafel uit op de prachtige tuin rond het gebouw, en hebt geen enkel moment het idee dat je ergens op een industrieterrein zit. Indrukwekkend! En al deze faciliteiten biedt Miele vanuit de gedachte dat mensen op deze manier in aanraking komen met het merk en de producten en ze daarna ook zullen aanschaffen. Ik vraag me wel af of je het succes van zo'n investering ook kunt meten. Ik zou wel eens een kijkje in de financiële keuken willen hebben en kosten en baten met elkaar willen vergelijken. Betaalt de klant niet ook enorm veel voor deze vorm van marketing?

Na de rondleiding nam ik afscheid van mijn gesprekspartner, ik was erg blij dat hij tijd had vrijgemaakt voor me. En onderweg naar huis analyseerde ik deze ervaring voor mezelf. Na zo'n middagje rondleiding en observeren merkte ik toch ook dat voor mij de glans er al snel weer afgaat. In eerste instantie werd ik erg geïnspireerd, maar toch voelde ik me er niet echt thuis. Het is wel erg over de top! Duur, het geld spat ervan af. En al die aandacht voor uitstraling en design geeft me ook wel het gevoel dat alles zo oppervlakkig is. Mogen mensen hier wel zichzelf zijn? Draait het alleen om uiterlijk, of is inhoud ook erg belangrijk? Mag je afwijken van de rest? Interessante vragen waarop ik het antwoord niet heb, waarschijnlijk kom je daar pas achter als je het daadwerkelijk mag beleven. Maar voor mij werd wel weer duidelijk hoe belangrijk de omgeving is, jij en je omgeving moeten wel bij elkaar passen. En dat is een inzicht dat ik zeker zal meenemen in mijn nieuwe toekomst.



NB: de foto's komen niet van mijn hand, deze heb ik geleend van internet.

zaterdag 1 oktober 2011

Energiestoring

Bulkte ik twee weken geleden nog van energie in mijn loopbaantraject, nu heb ik last van een storing. Geen orkaan op het niveau van windkracht 12, maar meer windkracht 8 die nu voorbij komt. Wat is er gebeurd?

Woensdag 21 september had ik een afspraak met de arbeidsdeskundige van Werkpad. Mijn werkgever had een herziening aangevraagd van het arbeidsdeskundig onderzoek dat in 2010 is uitgevoerd, omdat ze daarmee willen aantonen aan het UWV dat er echt geen passende functies zijn voor mij. Zeker niet, nu mijn gehoor ook nog eens is verslechterd. Een kwestie van indekken dus, want veel moeite om te zoeken naar een passende oplossing hebben ze niet gedaan. Maar goed, het gesprek met de arbeidsdeskundige ging over mijn situatie en het advies dat hij moest afgeven aan mijn werkgever en daarmee aan het UWV.

De arbeidsdeskundige is een specialist op het gebied van mijn beperking. Ik had hem voor de afspraak mijn laatste testgegevens digitaal doorgestuurd. Hieronder een weergave van mijn audiogram zoals dat er nu uitziet. Een aantal jaren geleden heb ik al eens uitgebreid geschreven over de betekenis van slechthorendheid en mijn achtergrond daarin in deze weblog. Daarin kun je meer uitleg teruglezen over het audiogram, net als de status van toen. Vroeger was mijn gehoor aan beide oren ongeveer gelijk, maar nu is er een groot verschil ontstaan tussen links en rechts, en met name rechts is mijn gehoor erg verslechterd.


























Uiteraard had de arbeidsdeskundige mijn testgegevens uitgebreid bestudeerd. Maar behalve dat, had hij het audiogram ook nog eens voorgelegd aan de audioloog en de directeur van zijn organisatie, beiden experts op dit gebied. Die mensen kennen mij namelijk niet, en hij was benieuwd hoe zij erop zouden reageren. Hij vroeg hen welk persoon zij dachten dat hierachter zat. Hun antwoord: "deze mevrouw zal nauwelijks kunnen spreken, laat staan dat zij kan functioneren in een normale omgeving zoals in werk". Toen vertelde de arbeidsdeskundige over mij: "ik kan met haar een normaal gesprek voeren zoals ik dat met jou heb, ik kan met haar telefoneren en zij werkt al jaren op hoog niveau". Dat konden zij maar moeilijk geloven.

De arbeidsdeskundige vertelde me dat verhaal om duidelijk te maken hoe bijzonder mijn situatie is. Hoe bijzonder het is dat ik nog steeds zo kan functioneren zoals ik doe, daarmee ben ik een heel grote uitzondering. Hij wilde me daarmee niet speciaal maken, maar vooral duidelijk maken dat mijn functioneren wel een enorme inspanning moet vragen. Technisch is het eigenlijk niet mogelijk namelijk. Maar ik doe het maar mooi wel! Inderdaad, het vergt wel een grote inspanning, dat merk ik zelf maar al te goed. Lastig is het, dat de buitenwereld dat helemaal niet door heeft. Die ziet namelijk een "normaal" persoon en merkt van de beperking nauwelijks iets, behalve als de omstandigheden heel slecht worden. Maar hoe hard ik daarvoor moet werken, dat is aan de buitenkant niet zichtbaar. En dat maakt het dus ook een grote valkuil...

Tijdens het gesprek kwam ook mijn loopbaantraject aan de orde, en de opties die ik daarin momenteel onderzoek voor mijn nieuwe toekomst. Zo vertelde ik dus ook over mijn plannen om misschien als adviseur en coach aan de slag te gaan, en dan liefst als zelfstandige. Hij waarschuwde me echter voor een aantal zaken. Zoals: focus je niet teveel op communicatie 1-op-1. Dat gaat nu misschien wel goed, maar hoe lang nog? Met andere woorden: misschien gaat mijn gehoor wel verder achteruit, en dan wordt 1-op-1 communicatie ook steeds moeilijker. Ook moet ik oppassen niet teveel uren met communicatie bezig te zijn, ook al is dat 1-op-1, omdat het nog steeds veel energie vraagt, al gaat het wel gemakkelijker dan een overleg in groepen. Zijn advies was om naast communicatieve activiteiten ook te zorgen voor voldoende bureauwerk, omdat ik daarin kan herstellen en weer energie kan opbouwen. "Hoe ga jij acquisitie doen als zelfstandige?" was ook één van zijn vragen. Telefoneren is namelijk heel moeilijk voor mij, zeker met mensen die mij onbekend zijn. Niet alleen acquisitie is dan moeilijk, überhaupt het aannemen van telefoon is dan heel lastig. Is dat niet een heel grote beperking voor klanten? Weten ze me nog wel te bereiken dan? Of gaan ze op zoek naar iemand die gemakkelijker bereikbaar is?

Verder wist hij me te vertellen dat ik als zelfstandige ook al mijn voorzieningen van het UWV kwijtraak. Zo worden mijn hoorapparaten nu grotendeels vergoed door het UWV, omdat ik zonder hoorapparaten niet kan werken. Digitale apparaten zijn erg duur, en de zorgverzekering vergoedt per apparaat maar een klein deel. Behalve mijn apparaten, die elke 5 jaar moeten worden vervangen, vergoedt het UWV ook andere hulpmiddelen die het mogelijk maken om te werken, zoals een vergaderset met microfoons. En ook heb ik via het UWV een budget voor schrijftolken, die ik kan inzetten bij een overleg. Die voorzieningen raak ik allemaal kwijt als ik zelfstandig zou worden. Volgens het UWV zijn die voorzieningen namelijk bedoeld voor werknemers, en niet voor werkgevers. Als zelfstandige moet ik die dingen dus zelf bekostigen. En dat is best een opgave als beginnend ondernemer natuurlijk. En dat was dus ook een behoorlijke domper voor me. Hoe ga ik dat ooit verdienen als beginnend zelfstandige?

Na het gesprek liep ik dan ook naar buiten met mijn ziel onder de arm. Het gaat me vast nooit lukken, dat was het gevoel dat langzaam bij me naar boven kroop en mijn energie opslokte. Ik werd er verdrietig van, maar ook boos. Boos op de sociale staat van de BV Nederland. Ik heb namelijk de afgelopen 20 jaar als werknemer wel altijd forse premies afgedragen voor al deze voorzieningen, en daar kan ik als zelfstandige dus geen aanspraak meer op maken. Ik heb dus betaald voor al die mensen die zelf geen verantwoordelijkheid namen in die tijd, die zich lieten "pamperen" door de Nederlandse overheid en zich als een slachtoffer gedroegen. Dat ik wellicht als zelfstandige op termijn weer zoveel kan verdienen dat ik geen uitkering van het UWV nodig heb, dat is voor het UWV geen argument om de vergoeding te blijven verstrekken. In hun ogen kan ik beter aan de slag als werknemer. Ik moet dan maar een functie gaan doen waar ik helemaal geen communicatie voor nodig heb. Als dat betekent dat ik daarmee heel weinig kan verdienen, dan krijg ik dus wel een uitkering, terwijl ik die misschien als zelfstandige helemaal niet nodig heb. Hoe dubbel is dat?  

Kortom, de moed is me even in de schoenen gezakt de afgelopen week, al komt die nu wel weer langzaam terug. Ik heb even alle doemscenario's afgewerkt de laatste week, en dat waren er nogal wat. Het gedrag van mijn werkgever helpt daar niet bij. Het indekken tegenover het UWV is daar een voorbeeld van, nog even snel alle documenten op orde maken om aan te tonen dat ze me echt niet kunnen gebruiken. Dat doet toch meer pijn dan ik had gedacht. Ze grijpen daar allerlei argumenten voor aan, dat werd me wel duidelijk in dat gesprek met de arbeidsdeskundige. Jammer! Maar het is niet anders. Ik ben een blok aan hun been, dat had ook anders kunnen zijn in mijn ogen.

Ik ben behoorlijk bang dat ik een groot deel van mijn inkomen kwijt raak, dat het UWV zal oordelen dat ik niet meer dan 35% arbeidsongeschikt ben. Onder de 35% moet ik het inkomensverlies namelijk zelf dekken, en dat is nogal wat. Ik ben hoofdkostwinnaar thuis, en als ik veel inkomen kwijt raak, moeten we wellicht de eindjes aan elkaar gaan knopen. Kunnen we dat wel? Kunnen we het huis wel blijven betalen? Als mijn inkomen daalt, wordt de hypotheekrente-aftrek ook een stuk kleiner, en dus wordt het huis ook nog eens duurder. Als de hypotheek niet meer kunnen ophoesten, wordt het probleem alleen maar groter. We hebben dit huis gekocht vlak voor de crisis, en verkopen zou ons momenteel opzadelen met een restschuld. Op slechte dagen zie ik dan ook een persoonlijk faillissement op ons afkomen.

Ik probeer hard om er niet te diep in weg te zakken. Doemscenario's kosten alleen maar energie, en hoeveel zin heeft het om je zorgen te maken over dingen die mogelijk zouden kunnen gebeuren? Moet ik nu al rekening houden met een verdere achteruitgang van mijn gehoor? Moet ik nu al interen op wat kan gebeuren in de toekomst? Wat blijft er dan nog over van mijn leven nu? Mijn verstand is nu aan het woord, gevoelsmatig liggen er toch wel veel gevaren op de loer die me erg onrustig maken. Ik probeer er vertrouwen in te hebben dat de keuring wel goed gaat, dat de arts realistisch is en dat ik een vangnet heb voor een periode. Dat vangnet is sowieso gelimiteerd en niet oneindig, maar een tijdelijk vangnet is voldoende om er weer bovenop te komen en een nieuwe toekomst op te bouwen. Ik kom er wel, toch?

Ik zou ik niet zijn als ik weer weet op te krabbelen! Het komt vast goed...... Een storm gaat altijd weer voorbij.